Het plusdocument: hoe zit het ook alweer?

Wat lang niet iedereen weet, is dat het afgelopen schooljaar alle eindexamenkandidaten naast hun diploma, ook het plusdocument moeten hebben ontvangen. Er blijkt echter nog veel onduidelijkheid te zijn omtrent dit nieuwe document. Tanja van Lanen, decaan op SG Were Di, legt uit wat de meerwaarde van dit document is en waarom er nog zoveel onduidelijkheid heerst. Tanja: “Wat ze willen is dat leerlingen naast hun cijferlijst een document meekrijgen waar vaardigheden en competenties op komen te staan die niet zichtbaar zijn in de vakken die op school worden gegeven”. 

De ambitie om het totaalbeeld van vaardigheden en competenties van een leerling in kaart te brengen in een plusdocument is vastgelegd in het sectorakkoord VO 2014-2017. Afgesproken is dat het document vanaf het schooljaar 2015-2016 wordt meegegeven aan alle eindexamenleerlingen, zowel vmbo, havo als vwo. Voor de vmbo-leerlingen komt het plusdocument dus náást het nieuwe loopbaandossier.

Er wordt over het algemeen positief gereageerd op de komst van het plusdocument. Veel decanen zien de meerwaarde ervan in. Tanja: “De capaciteiten van een leerling worden niet alleen zichtbaar door vaardigheden die worden uitgedrukt in cijfers op het diploma, maar ook door vaardigheden die niet toetsbaar zijn in de reguliere schoolvakken”. Ze geeft als voorbeeld leerlingen die actief zijn in de feestcommissie van school: “Zij organiseren samen met school het schoolfeest. De verschillende vaardigheden die hierbij komen kijken leren zij niet allemaal bij een vak als economie”.

De omschrijving van het document is gedaan door de VO-raad, de invulling ervan is aan de scholen zelf, en dat is nu juist het knelpunt. Veel scholen weten niet hoe zij het document vorm moeten en willen geven. “Scholen zijn erg afwachtend over hoe het eruit moet komen te zien. Om je heen hoor je dat verschillende partijen ermee bezig zijn,  het leeft dus wel, maar de omkadering blijft vaag”.

Dit komt allereerst door de validering van het plusdocument. Bepaalt de school welke activiteiten een leerling aan het document toe mag voegen of is de leerling hier verantwoordelijk voor? “Bij ons op school zijn we hier hard over aan het nadenken. De activiteiten die binnen school worden gegeven zijn gemakkelijk te valideren, maar hoe zit het met activiteiten die leerlingen buiten school volgen? Als een leerling op hoog niveau sport, zal het weinig extra schoolactiviteiten volgen. Tijdens het beoefenen van zijn sport leert hij echter ook veel vaardigheden die op het plusdocument zouden passen. Hoe ga je hier als school mee om? En wie beoordeelt deze activiteiten? De school? Zijn trainer?”

Daarnaast wordt er door veel scholen nog gezocht naar een vorm waarin het plusdocument kan worden gegoten. “De vormgeving is een tijdrovende klus en veel scholen kijken naar elkaar, waardoor er een afwachtende houding ontstaat. De grote vraag is ook: wat gaat het hoger onderwijs en het mbo ermee doen?” Dat decanen afwachten hoe het hoger onderwijs reageert op het plusdocument is niet verwonderlijk. Zeker nu het lotingsysteem is afgeschaft en het hoger onderwijs decentraal gaat selecteren. Extra curriculaire activiteiten kunnen op zulke momenten onderscheidend werken voor de leerling. Het plusdocument kan een leerling hierin voorzien. “Manco in het verhaal is dat het plusdocument wordt gegeven aan het eind van het examenjaar, terwijl de selecties al eerder plaatsvinden. Er wordt niet gezegd of je het wel eerder zou mogen geven en in welke vorm.” Daarnaast zijn er ook vragen over de rol die het hoger onderwijs hierin gaat spelen. Tanja: “Zal het hoger onderwijs hierin het voortouw nemen? In hoeverre zullen ze dat doen? Worden er bijvoorbeeld scoretabellen aan het plusdocument gehangen?” Voor het vmbo ligt dat waarschijnlijk weer heel anders. Daar wordt al gebruik gemaakt van het doorstroomdossier en vanaf nu ook het loopbaandossier,  “Het vmbo heeft al veel meer die warme overdracht, daar is de afgelopen jaren veel aandacht naar gegaan”.

Tanja legt uit dat het plusdocument een groeidocument is, “Leerlingen werken er hun hele schooltijd aan, zo ontstaat uiteindelijk een document met vaardigheden die laten zien wat een leerling kan”. Het portfolio van DeDecaan.net is een mooie basis voor dit groeidocument, een leerling kan hierin extra curriculaire activiteiten kwijt en leerlingen of decanen kunnen het portfolio zo instellen dat alleen de relevante informatie voor het plusdocument kunnen worden meegenomen in een exportbestand.

Voor een groeidocument is het proces van inzicht krijgen in de vaardigheden waarover een leerling beschikt misschien nog wel belangrijker is dan het document zelf: “Dat je een grote rol speelt binnen de organisatie van een schoolfeest staat mooi op papier, maar het is belangrijk dat de leerling gaat beseffen dat daar dus de kracht van hem ligt.” Op de vraag hoe leerlingen dit inzicht verkrijgen antwoordt Tanja: “Het is een proces wat de leerling gedurende zijn hele schooltijd doorloopt, tijdens het maken van KeuzeWeb opdrachten verkrijgen leerlingen dit inzicht.”
Inzicht krijgen in die vaardigheden, hier trots op zijn en deze kunnen koppelen aan hun loopbaan, dat maakt dat een leerling de school verlaat met een plusdocument waar hij of zij helemaal achter staat!